Terschelling

De polder

landkaart

De Terschellinger polder is ongeveer 12 km lang en maximaal 2,5 km breed.
In het Noorden grenst de polder aan de duinen en in het Zuiden aan het Wad. Ten Westen van de polder liggen het dorp West-Terschelling en de Noordsvaarder.
Ten Oosten van de polder ligt de Boschplaat.

De Noordsvaarder en de Boschplaat zijn zandplaten die in de in de negentiende en het begin van de twintigste eeuw aan Terschelling zijn vastgegroeid. Ze zijn niet bedijkt en lopen bij springtij grotendeels onder water.

De dorpjes (soms niet meer dan een paar huizen) liggen bijna allemaal langs de hoofdweg. Van West naar Oost zijn het: West-Terschelling, kortweg West genaamd, het grootste dorp; Hee, Kaard, Baaiduinen, Midsland, Landerum, Formerum, Lies, Hoorn en Oosterend.
Twee dorpjes liggen tegen de waddijk aan: Kinnum (ten Zuiden van Kaard) en Striep (ten Zuiden van Midsland).

In de polder liggen een tiental boerderijen en drie eendenkooien.
Je ziet er altijd dieren: koeien, paarden, schapen en een keur aan vogels, zoals ganzen, eenden, grutto's, kievieten, scholeksters, meeuwen.

naar boven