26. Batchverwerking
Inleiding
Gebruik batch-verwerking om een aantal handelingen uit te voeren op
een aantal afbeeeldingen.
Het dialoogvenster batchverwerking heeft zes tabbladen. Elk tabblad
heeft betrekking op een andere aktie. Sommige tabbladen moeten
verplicht gebruikt worden, andere zijn optioneel.
Bij het openen van het dialoogvenster worden de instellingen
overgenomen uit de voorkeuren.
Open het dialoogvenster op een van de volgende manieren:
- Via het menu [Gereedschappen > Automatiseer /Batch...]
- of via de knop [Automatiseer/Batch] op de
werkbalk
Stel vervolgens de verschillende tabbladen in.
Het tabblad [Bestand]
In dit tabblad stelt u
in welke bestanden behandeld moeten worden.
- Bronmap
Rechtsboven geeft u de bronmap op.
- Bronformaat
Hier kunt u het bronformaat opgeven, bv. alleen jpg afbeeldingen. Kies
uit de lijst
U kunt ook een combinatie van
beeldformaten kiezen. U moet dan een
aangespaste lijst maken. Klik hiertoe op het knopje rechts van de lijst en geeft
de beeldformaten op.
Syntaxvoorbeeld: *.jpg;*.bmp;
(Let op: de
formaten moeten gescheiden door
puntkomma's en er mogen
geen spaties gebruikt worden.)
Om de aangepaste lijst te verwijderen
klikt u weer op het knopje
rechts van de lijst en
wist de regel die u eerder heeft ingevoerd. Klik daarna op OK.
- Uitvoermap
Hier geeft u in welke map de aangepaste afbeeldingen worden geplaatst.
Als deze map hetzelfde is als de bronmap bestaat de kans dat de
gewijzigde afbeeldingen over de oorspronkelijke bestanden heen
geschreven worden. U krijgt een waarschuwing hiervoor.
- Let er altijd op dat er in de uitvoermap geen
bestanden staan die dezelfde naam en hetzelde formaat hebben als de
gewijzigde afbeeldingen. Ze worden zonder waarschuwing overschreven!
- Export formaat
Hier geeft u het bestandsformaat op waarin de afbeeldingen worden
opgeslagen. Kies een formaat uit de lijst en kies bij JPEG de
opslagkwaliteit, bij de andere formaten het aantal kleuren.
- Reeks
Zet een vinkje bij reeks en voer een woord in, om alle veranderde
afbeeldingen dezelfde naam te geven.
Zet u hier bv. Image terwijl het exportformaat jpg is, dan krijgen de
bestanden de namen Imae0001.jpg, Image0002.jpg.......
Overzicht van de standaard parameters die worden gebruikt bij het
opslaan
* Afhankelijk van de ingestelde voorkeuren voor opslaan.
- U kunt een aantal instellingen, zoals het behoud van
de oorspronkelijke bestandsdatum en de EXIF-gegevens, instellen via
[Gereedschappen > Voorkeuren...].
Het tabblad [Afbeelding]
Op
dit tabblad kunnen een aantal eigenschappen van de afbeelding worden
aangepast. Het tabblad is verdeeld in 3 secties (op de figuur in oranje
aangegeven - deze aanduidingen maken geen deel uit van het tabblad)
Sectie 1
- Hier kunt u een vinkje ztten bij [Afmetingen afbeelding] en bij
[Kader].
Daarna kunt u de eigenschappen voor de aangegeven onderdelen invullen.
Zet u geen vinkje dan blijven de oorspronkelijke eigenschappen van
kracht.
Opmerkingen:
- Als er een vinkje staat bij Hoogte/breedte verhouding behouden,
maakt PhotoFiltre de
afbeeldingen zo groot mogelijk binnen de aangegeven breedte en hoogte.
- Als bij het kader het vinkje [Buitenkant] staat aangevinkt, wordt
het kader om de afbeelding heen gezplaatst. De afbeelding wordt
hierdoor dis groter.
Als er geen vinkje bij [Buitenkant] staat, wordt het kader binnen de
omtrek van de afbeelding geplaatst. Het kader overschrijft hierbij de
rand van de afbeelding, maar de grootte van de afbeelding verandert
niet.
Sectie 2
- Hier kunt u een vinkje zetten bij de afmetingen van het canvas,
als u die wilt wijzigen.
Ook kunt u achtergrondkleur of -patroon instellen voor het canvas en
een slagschaduw.
Opmerking:
- Als de afmeting van het canvas groter is dan de afbeelding, zal PhotoFiltre de afbeeldingen op het
canvas plaatsen volgens de aangegeven positie.
Als de afmeting van het canvas kleiner is dan de afbeelding, zal de
afbeelding worden bijgesneden. Welk deel behouden blijft hangt af van
de opgegeven positie.
- Als de breedte of de hoogte van het canvas de waarde 0 heeft,
wordt die afmeting van het canvas gelijk gemaakt aan die van de
afbeelding.
Sectie 3
- Als [Forceer DPI] is aangevinkt wordt het aantal dots per inch
van de gewijzigde afbeelding afgedwongen. Als het vakje is aangevinkt
kan de nieuwe dpi-waarde worden opgegeven .
Het tabblad [Aanpassen]
Op dit tabblad kunt u
Helderheid, Contrast, Verzadiging en gamma-correctie aanpassen.
- Zet de schuifregelaars op de gewenste waarden.
- Stel rechts van elke schuif in voor welk kanaal de wijziging
geldt: voor alle kanalen, of voor rood, groen, blauw, cyaan, magenta,
geel.
- Om een afbeelding om te zetten in grijstinten zet u
de verzadiging op minimum,
dat is -100%.
Het tabblad [Filter]
- Klik op het filter of de
filters die u wilt toepassen.
- Onderin kunt u nog een gekleurde laag toevoegen.
- Zet dan een vinkje bij [Gekleurde laag]
- Stel de gewenste kleur in.
- Stel de dekking in
- Zet eventueel een vinkje bij [Omgekeerd] om de kleur af te
trekken in plaats van toe te voegen.
Het tabblad [Vervormen]
Op dit tabblad kunt u
de volgende rotaties en spiegelingen instellen:
- Roteren
- 90º (kwart slag rechts)
- 270º (kwart slag links)
- 180º (halve slag)
- Symmetrie
- Verticaal spiegelen
(dwz spiegelen om een horizontale as, boven
en onder verwisselen)
- Horizontaal spiegelen
(dwz spiegelen om een verticale as, links en
rechts verwisselen)
Het tabblad [Actie]
Het tabblad [Actie] geeft
een overzicht van de ingestelde wijzigingen.
Daaronder drie knoppen:
- [Instellingen opslaan]
Als u deze knop gebruikt start de module [Automatiseer / Batch]
voortaan op met deze instellingen.
- [OK]
Voert de wijzigingen uit op de aangegeven bestanden.
- [Annuleren]
Verlaat de module zonder wijzigingen aan te brengen.
De volgorde van de handelingen
De verschillende handelingen worden altijd in de volgende volgorde
uitgevoerd:
- Opening van de afbeelding
- Beeldgrootte wijzigen
- Instellingen wijzigen
- Filters toepassen
- Canvas en schaduwen instellen
- Vervormen toepassen (rotaties en spiegelingen)
- Forceer DPI
- Kleurreductie
- Opslaan van de gewijzigde afbeelding
- Als u om een of andere reden een andere volgorde van
bewerkingen nodig hebt, moet u de aanpassingen in verschillende stappen
doen en de tussenresultaten in een verliesvrij formaat (bv. BMP)
opslaan.